Het plastic probleem
Dat plastic afval in onze zeeën en oceanen terecht komt en daar een steeds groter probleem vormt wist je waarschijnlijk al. De afgelopen jaren is dit groeiende probleem steeds vaker in de media en op het nieuws geweest. Onder andere omdat de Ocean Clean-up, onder leiding van de Nederlander Boyan Slat dit probleem met zijn experimentele installatie in het midden van de Grote Oceaan om plastic op te vissen, het onderwerp stevig op de kaart heeft gezet. Maar dat het probleem al vele tientallen jaren teruggaat, is minder bekend. Al in de jaren 70 van de vorige eeuw werd al met enige regelmaat melding gedaan van vervuiling van stranden met plastic en dieren die verstrikt raakte. Onlangs hebben wetenschappers zelfs laten zien dat verstrikkingen in grote stukken plastic, zoals plastic zakken, en netten, al sinds de jaren 50 voorkomen en dat er sinds de jaren 90 een sterke toename is in het aantal voorvallen. De afgelopen 20 jaar komen verstrikkingen meer voor dan ooit daarvoor. Het probleem lijkt nu eindelijk op de kaart gezet en politici zijn druk met het bedenken van wetten en regelgeving om het plastic afval terug te dringen.
Met het opstellen van wetten en regels lossen we helaas niet het probleem voor eens en altijd op. Het plastic dat al in de natuur terecht is gekomen breekt heel langzaam af. Zelfs als we nu stoppen met het maken van plastic en het niet meer in het milieu terecht komt, dan duurt het nog vele eeuwen voor al het plastic weer is afgebroken tot de stoffen waarvan het gemaakt is. Daar komt bij dat we niet eens weten waar al het plastic in de natuur precies terechtkomt.
Het mysterie van het verdwenen plastic
In 2014 onderzochten wetenschappers hoeveel plastic er in de oppervlakte van de oceanen wordt gevonden. Ze vonden dat er tussen de 15 en 51 biljoen stukjes microplastic in de oceanen dreven, met een totaalgewicht van 93.000 tot 236.000 ton (1 ton = 1,000 kg). Maar deze getallen stellen wetenschappers voor een raadsel. Want, deze hoeveelheid plastic is namelijk slechts een klein deel (ongeveer 1%) van wat wetenschappers hadden verwacht wat elk jaar de oceaan is komt. Wetenschappers weten namelijk vrij goed hoeveel plastic er op land wordt gemaakt en hebben ook een redelijk goed idee hoeveel van het gemaakte (geproduceerde) plastic er vervolgens in de natuur terecht komt. Dus de vraag is: Waar blijft al (99%) dat plastic?

Een deel van het plastic blijft niet drijven en zinkt naar de bodem van de oceaan of spoelt weer aan. Ook eten vissen en ander zeeleven een deel van het plastic op. Dit verklaart slecht een deel van het verdwenen plastic. Sterker nog, ondanks dat de productie van plastic de afgelopen tientallen jaren blijft toenemen, lijkt het plastic in de oceanen niet toe te nemen. Dat lijkt goed nieuws. Maar de kans is groot dat het plastic dus ergens anders terecht komt waar we er geen zicht op hebben. Tot op de dag van vandaag is namelijk nog geen bevredigend en sluitend antwoord gevonden op de vraag waar al het plastic blijft. Wetenschappers zijn daarom druk om verschillende ideeën (hypothesen) over waar het plastic is te testen.
Wetenschappers w/meten te weinig
Het zou je misschien verbazen, maar ondanks dat plastic afval een groeiend probleem is, zijn toch maar een handjevol wetenschappers bezig met het in kaart brengen van waar het plastic afval precies is. Dat komt omdat er slechts een beperkte hoeveelheid geld beschikbaar is om hier goed onderzoek naar te doen. Daarvan kunnen maar een paar onderzoekers betaald worden. Ze meten vervolgens met de beperkte middelen maar op een paar plekken en weten vervolgen heel veel van die paar plekken. Maar van heel veel plaatsen is dus heel weinig bekend. Inschattingen die gedaan worden door de wetenschappers over hoeveel plastic er in het water zit of op de waterkant terecht komen zijn dus op basis van een zeer beperkte aantal metingen. Als de wetenschappers beter willen begrijpen waar het plastic in de natuur blijft is dus nog veel meer onderzoek op veel meer plaatsen nodig.
Scouts to the rescue!
Dit is precies waar Scouts een belangrijke rol kunnen spelen! Door het tellen van plastic langs de waterlijn, of gevangen in een sleepnet vanaf een lelievlet, kunnen alle Scouts van jong tot oud en zowel op het land als het water de wetenschappers helpen aan waardevolle informatie! Als dank voor die informatie zijn er ook een aantal leuke spellen en activiteiten ontwikkeld rond het thema van plastic soup en wetenschap die je kunt doen. Deze zijn gratis van deze website te downloaden.

Meten is weten
Door als Scout – alleen of met je patrouille/bak – metingen te doen kunnen jullie helpen om het mysterie van het verdwenen plastic op te lossen. Meer specifiek denken de wetenschappers betrokken bij Scouts4Science dat het type en de hoeveelheid begroeiing een belangrijke rol kan spelen in hoeveel en waar het plastic achter blijft langs de waterkant. Om dat idee te testen willen de wetenschappers graag weten wat voor soort waterkant het is – zand, steen of met begroeiing – waar je aan het meten bent. Als er dan planten staan dan is het van belang te weten welke planten en hoeveel er langs de waterkant staan. Dit kan allemaal gemeten worden tijden het uitvoeren van de waterlijnmeting.
Daarnaast is het belangrijk om te weten hoeveel plastic er nu daadwerkelijk in het water drijft voordat het in zee komt of aan de waterkant aanspoelt. Ook hier hebben wetenschappers maar beperkt zicht op. Daarom is het enorm waardevol om met sleepnetten het drijvende en zwevende afval op het water in kaart te brengen. Je kunt met materialen verkrijgbaar uit de lokale bouwmarkt voor minder dan twee tientjes een eigen sleepnet in elkaar zetten. Hier is de bouwbeschrijving.
Vervolgens kun je met het zelfgebouwde sleepnet een sleepnetmeting doen vanaf een lelievlet of een ander schip.
Je metingen kun je heel gemakkelijk uploaden en zie je vervolgens op de interactieve kaart terug.

Wetenschappelijke bronnen
- Eriksen et al. (2014) PLoS ONE
- Ostle et al. (2019) Nature Communications
- Cressy (2016) Nature
- van Sebille et al. (2015) Environmental Research Letters